Column door Mark van Roosmalen

SPIJT

‘Zou je weer achttien willen zijn?’
Hij schudde het hoofd. ‘Geen denken aan.’
‘Maar als je toen wist wat je nu weet?’
‘Dan zou ik nu schatrijk zijn. Hij zweeg even en zei langzaam ‘ik zou wel één ding…’ Langzaam draaide hij zijn hoofd naar het raam en keek naar buiten, naar een lange rij in gele hesjes geklede kwetterende schoolkinderen.

 

Wat ging er in hem om? Hij liep tegen de 80, twee jaar geleden stierf zijn vrouw en zijn kinderen, buren en vrienden vonden dat hij ‘het goed deed.’
Het is prettig voor je omgeving dat je het als weduwnaar ‘goed doet.’
Hij schaamde zich er niet voor te zeggen dat het ‘soms niet meeviel,’ maar zou het helpen als hij de hele dag met zijn ziel onder zijn arm liep? Hij woonde zelfstandig, was nog redelijk gezond, dus moest hij klagen?
Zo zien we ze graag, onze oudjes, met geheven hoofd op weg naar het einde.

 

Hij keek nu naar een punt ergens op het plafond. Zijn magere handen, waar de aders dik op lagen, vouwde hij in elkaar, niet om te bidden maar om zichzelf vast te houden.
‘Er is maar één ding… de woorden stokten weer en hij plukte een denkbeeldig stofje van zijn mouw. Toen keek hij me aan, zijn gezicht verzachtte en hij herhaalde ‘er is maar één ding waar ik spijt van heb.’
Hij ontspande, stond op en zei ‘ik zal eerst een borreltje inschenken.’ Hij wilde tijd winnen.
We proostten. ‘Als ik opnieuw 18 was dan zou ik haar vragen. Dan had ik er meer moeite voor gedaan, dan was ik tegen thuis ingegaan, want een protestants meisje? In het dorp? Nee, dat kon niet.’ Hij sprak snel, zijn stem klonk boos. Opstandig.
We proostten. ‘Ik heb haar nooit willen vergeten,’ sprak hij, ‘maar het kon niet.’ Hij schudde langzaam het hoofd. Het kon nog steeds niet.
Hij kieperde zijn glaasje in één teug achterover en keek demonstratief op zijn horloge.
Ik zei dat ik maar eens opstapte.


* Realisatie Supportpunt Eindhoven in samenwerking met OVO *